Wilde Paarden

hier een hallo vanuit mijn werkkamer. want schrijven is werk. en daar staat de prullenbak, naast mijn bureau, waar ik ooit kletterend in piste. voordat mijn broertje wakker werd en hard lachte. het was nacht. hij was genadig bij me komen slapen omdat de nacht tevoor bij mij was ingebroken. dat was in Den Bosch, lang geleden. ik was bang, moet ik toegeven, en stoned, vooral. de inbreker stond naast mijn bed boven mijn bed. maar de angst camoufleerde ik met overtuigende razernij en gevloek en met gebruik van een honkbalknuppel waarmee ik hem compleet trippend achterna rende tot op een parkeerplaats. ik had alleen een onderbroek aan. dat vonden een paar mensen wel grappig daar, vlak voordat ze hun auto in stapten. daar stond ik dan. alleen met een honkbalknuppel in onderbroek in de spotlights van straatlantaarns. ik heb de onverlaat niet te pakken gekregen. uren en uren daarna: mijn broer en ik dronken tot we dronken werden en de muizen langs zagen vliegen over de koudcementen vloer en alles weer veilig was. ik woonde in een garage die ik liefkozend “mijn kamer” noemde. er viel weinig te halen, maar dat wist die inbreker natuurlijk niet. 
nu heb ik een echte werkkamer (nog steeds zonder vloerbedekking) in een echt huis en woon ik samen. al twintig jaar – bijna. in Nijmegen. met een meisje dat ik “mijn vrouw” mag noemen. mijn broer is nu beroepsschipper. dat is zijn leven nu, na een leven als beroepsmuzikant. hoe alles verandert, verrast ons niet altijd. soms wil je dat alles hetzelfde blijft en is die verrassing vooral een herinnering die plots weer uit het verleden tevoorschijn komt; kijken naar een concert van HeadCrash – godsammeeenknaakgeven – een nipte vijfentwintig jaar geleden. het is zoals Charles Bukowski zei: “The Days Run Away Like Wild Horses Over the Hills”

Die blonde (bassist) is mijn broer

← Terug naar Schrijver